SIGLogo(t)
Weet wat je eet

In fabrieksvoedsel wordt veel vulspul gebruikt. Het zijn niet altijd stoffen waarmee ons  lichaam goed kan omgaan. De enige reden dat het gebruikt wordt is dat het vult en goedkoop is. (Je krijgt daardoor minder te eten dan het lijkt.) Sommige stoffen worden toegevoegd omdat het hongergevoel opwekt (MSG), waardoor je tweemaal zoveel eet als nodig. Het vult het pak, en de kassa; het is maar de vraag in hoeverre het je lichaam vult, en nog meer de vraag in hoeverre het de lichaamsbehoeften vervult.

De film “Supersize Me” was een voorbeeld van wat er kan gebeuren als je een maand lang alleen maar fast food eet. De hoofdrolspeler, die zelf het experiment bedacht en deed, kreeg binnen een maand al last van een lekkende lever, en een hart dat begon te falen. Het is een aanrader om die film eens te bekijken.

En kijk dan ook eens wat er aan groente en fruit is te vinden. Ik heb het niet over de steriele hybride producten, die er mooi uit zien maar naar niet veel smaken. Onderzoek (www.meluna.nl) laat zien dat de natuurlijke (bio-logische) producten een betere samenhang hebben dan de producten die met kunstmest of  in kassen zijn gekweekt. Samenhang en gezondheid zijn op dit niveau hetzelfde.

Voor de keuze van voedsel is het handig om in het verleden te kijken. Een miljoen jaar geleden aten we wat we in het veld vonden. Vond je een kersenboom, dan was dat je maaltijd. Liep je door een veld met granen, dan was dat je eten. Had je een beest te pakken, dan was dat wat je buik vulde. Combinaties van gewassen kwamen pas in zwang toen de mensheid was begonnen met de aanleg van tuinen. De combinatie van vlees en groente kwam pas op gang toen dieren in omheiningen werden gehouden. Pas na het ontstaan van massatransport at men niet meer van eigen grond. Met de industrialisatie, en de aanleg van grote steden, kwam de voedingsindustrie op gang. Een bord met boontjes uit Kenia, vis uit Schotland, appels uit Washington en aardappels uit Nieuwe Zeeland is voor ons lichaam een legpuzzel waarmee het – nog steeds niet – bekend is. Op de verpakking wordt weliswaar gedaan alsof ons lichaam allen maar nutriënten eet, maar voor ons lichaam is dat niet het geval. Wat dat betreft leven we nog in het stenen tijdperk. Voor het lichaam is voedsel informatie uit de omgeving. In de Chinese geneeskunde – en elders – is dat een bekend gegeven. Daar is het eten van voedsel van de geboortegrond een bekend medicijn. In de Chinese kruidengeneeskunst zoekt men graag kruiden die ouder zijn dan de datum van ontstaan van de ziekte. (Daardoor zijn effecten van verstoringen van de omgeving, sindsdien, niet in het geneeskruid aanwezig. Een houdbaarheidsdatum voor kruiden is daar – net als hier, voor wijn - door de plukdatum ervan vervangen.)

 

Sri Yukteswar gaat ervan uit dat de mens een fruiteter is. Hij leidt dat af van de vorm van ons gebit. In het leren verteren beginnen we met moedermelk, dan het fruitpapje, vervolgens de granen en groenten. Eten van vlees is “Facultatief”.  Onderzoek heeft laten zien dat het onnodig is; het is een extra optie (bijvoorbeeld, als je door de woestijn reist). Het is vooral de vleesindustrie, en de melkindustrie (“vloeibaar vlees”) die er reclame voor maakt je dat vlees zou ‘moeten’ eten. De vitamine B12 die daarbij wordt aangeprezen is veel in grondwater te vinden. Misschien is het idee dat we dat alleen uit vlees krijgen wat simpel. Ook zijn er op de wereld veel volkeren waar wordt gedacht in termen van de vegetarische, en de niet-vegetarische maaltijd. Niet-vegetarisch eten is in India bijvoorbeeld in het dieet gekomen door de Moslims. In de woestijn groeit bijna niets, dus aten ze vlees, om het wat simpel te stellen. Van elke eetgewoonte kunnen we zo in de tijd teruggaan, en komen dan in een (eet)cultuur waar hun eetgewoonte direct uit hun leefomgeving verklaard wordt. Met de tegenwoordige internationale transporten lijkt het of alle culturen met elkaar zijn verbonden, en alle eettafels van de wereld kunnen worden aaneengeschoven tot een eettafel van de hele wereld. Het is opvallend dat die eettafel voor al in de welstandslanden is te vinden. In de meeste andere landen is de eettafel opvallend leeg. Buckminster Fuller liet na onderzoek zien dat er voldoende voedsel is om de Hele mensheid te voeden. Er is ook voldoende transport om het naar alle mensen te brengen. Ook geld is er genoeg. Onwil is de enige reden – was zijn conclusie – waardoor sommige mensen hun eten weggooien omdat het teveel is terwijl andere volkeren sterven aan ondervoeding. De U$A is daarvan een bekend voorbeeld. Grote landgoederen worden afgegraasd door veer dat wordt verwerkt in de hamburgers in de grote steden. Als op dezelfde velden gewassen werden geplant zouden 40 keer zoveel mensen daarvan kunnen eten, door vegetarisch te eten. Dat is ook de manier waarop in veel ‘ontwikkelingslanden’ zoveel mensen kunnen wonen en leven. Een verstorende factor daarin is dat de wereldbank in de loop der tijden meerdere van die landen (indirect) heeft verplicht om gewassen voor andere landen te verbouwen, voor het terugbetalen van een lening van staatsschuld, die door de politieke leiders ter plekke (vaak voor eigen winst) gemaakt werd. Het wordt in dit boek genoemd omdat het een voorbeeld is van de manier waarop veel ziekte en sterfte kan worden voorkomen. Op het moment dat zulke landen zichzelf weer kunnen voeden, hoeven de kindertjes hier niet te horen ‘denk aan de verhongerende kindertjes in Afrika’ terwijl ze hier worden volgepropt door de ouders nadat het kind voor hun eigen gevoel al genoeg hebben gegeten.

 

Zoals in dit hele boek: deze gedachten worden geopperd om weer eens vanuit een groter perspectief over gezondheid te kunnen denken. Het geldsysteem is voor veel landen bepalend wat ze wel/niet kunnen eten. Zolang een wereld banksysteem het accent legt op het produceren van geld voor het afbetalen van schulden aan andere landen, terwijl de lokale bevolking verhongert, komt ondervoeding, en ziekte, en sterfte veel voor. Voor het begrijpen van genezen is het goed om verder te denken dan geneeskunde alleen.

Voor het  waarderen van eten is het goed om te weten wat je eet.

  • Ervaringsoefening

Als je een plant of vrucht niet kent, snij die in vier delen: proef een kwart rauw (en proef welke andere smaken je smaakgevoel zouden vervullen). Proef een kwart kort gestoomd, en proef de verschillen. Proef een kwart gekookt, en een kwart gebakken.

NavLeft NavUp NavRight
[Zelfgenezen - Doe Het Zelf] [Doe Het Zelf] [Overzicht] [Handboek] [ZelfGenezing] [1 Wat is je Lichaam?] [2 Gezondheid, wat is dat?] [3 Genezen, hoe werkt dat?] [4 Zelfgenezing] [Wiki] [Cursusaanbod]

SIG-zaait
SIGLogo2
Opgericht 12 februari 2002
KvK Amsterdam 34175768

Voor Donaties:

Postbank rekening 7234993 t.n.v. SIG

of via PayPal: